Vocaal Ensemble Sancti Cordis Roeselare

maart 2009

Logo Hartje

Jaargang 23, nummer 2 maart 2009

De naam Pasen

Waar komt het woord vandaan?

Met Pasen wordt de kruisiging en opstanding van Christus herdacht. Het woord Pasen danken we aan de naam van het joodse paasfeest, waarbij de uittocht van het volk Israël uit Egypte wordt herdacht. Dit feest, dat net gevierd werd rond Christus’ kruisiging en opstanding, heet in het Hebreeuws pesach. In het Aramees, de taal van Palestina ten tijde van Christus, in het Grieks en in het Latijn luidt de vorm pascha. In het vulgair Latijn, het Volkslatijn, werd het woord vervormd tot pascua. Pascua was een al bekend woord, dat oorspronkelijk "weide", maar later ook "voedsel" betekende. En voedsel was uiterst welkom na de lange vastentijd! De meervoudsvorm bij pascua heeft uiteindelijk het Franse woord Pâques voor "Pasen" opgeleverd.

De benaming Pascha verspreidde zich vanuit de kerkprovincie Keulen via het Rijnland, Westfalen en de Nederlanden naar het aartsbisdom Hamburg–Bremen, en vandaar kwam het door missionering in de Scandinavische landen terecht. In Noord–Duitse dialecten noemt men het feest Paasche en in Zweden Pask(a).

De meervoudsvorm Paschen (later Pasen), in plaats van paasch (paas), heeft te maken met het feit dat het feest zich uitstrekt over verschillende dagen.

What’s in a name?

(17) Het hammondorgel

Dat was het eerste elektronische orgel.

Het is genoemd naar de Amerikaanse uitvinder van elektronische instrumenten: Laurens Hammond.

Toen Keith Emmerson van de rockgroep The Nice eind jaren zestig op het podium zijn orgel compleet in stukken sloeg, zodat alleen nog wat draden, kabels, toetsen en een stapeltje hout overbleven, was het hammondorgel op zijn retour. Laurens Hammond, de uitvinder ervan, leefde nog. De kans dat hij van dat vandalisme op de hoogte was, is klein. De bejaarde en steenrijke Hammond toerde van zijn kasteel in Laizet in Frankrijk, naar zijn villa’s in Montevideo, Uruguay, of op Antigua, naar zijn penthouse in Park Avenue in New York of zijn woonst in Cornwall, Connecticut. Hij had zijn bedrijf van de hand gedaan om zijn tijd aan onderzoek te wijden. Aan de negentig patenten die hij op zijn naam had staan, voegde hij er tijdens zijn pensionering nog twintig aan toe. Hammond was een uitvinder pur sang, maar ook een goed zakenman, geen evidente combinatie.

Zijn vader overleed toen hij drie was en het gezin verhuisde naar Europa. Van 1898 tot 1909 woonden de Hammonds in Genève, Dresden en Parijs. Tegen zijn veertiende had hij een systeem bedacht voor een automatische versnellingsbak. Zijn moeder gaf hem de raad die aan Renault–fabrieken te presenteren, maar zijn hoofd stond er niet naar. In 1916 studeerde hij als ingenieur af aan de Cornell University. Hij vocht in de Eerste Wereldoorlog in Frankrijk en vestigde zich daarna in Detroit waar hij chefmonteur werd bij de Gray Motor Company, leverancier van de zeemacht. In 1920 vond hij een stille, veergestuurde klok uit. Die leverde hem genoeg middelen om een eigen klokkenfirma op te richten. In die dagen bedacht hij de synchroonmotor voor elektrische klokken. Een uitvinding van 1922 die het vandaag nog altijd doet, is de 3D–bril met één rood en één groen glas. Korter was de levensduur van de automatische bridgetafel die de kaarten kon schudden en in vier stapeltjes verdelen. Dat was in 1932. De Verenigde Staten zakten dieper weg in de depressie, maar de Hammond Clock Company bleef overeind.

In 1933 begon hij met zijn ingenieurs de mogelijkheid te onderzoeken om conventionele muziek bij middel van elektrische synthese op te wekken. Een van zijn medewerkers was organist in de plaatselijke kerk en bij hem werd het resultaat getoetst. Uiteindelijk kwam een elektrisch orgel te voorschijn met 91 kleine toonwielgeneratoren die roteerden met behulp van de synchroonmotor van zijn klokken. Met dit instrument kon hij wel een miljoen verschillende tonen produceren. Volgens de legende kocht de componist George Gershwin er als eerste eentje.

De Amerikaanse soldaten brachten de kleine en lichte orgeltjes mee naar Europa en langzaam maar zeker verschenen ze ook in het openbaar. De rockgroepen maakten ze heel hoor– en zichtbaar, zodat ze bij de specifieke sound van de jaren zestig horen. De concurrentie van veelzijdige varianten en de uitvinding van de synthesizer door Robert Moog, betekenden de doodsteek voor het pioniersorgel. Hammond had zich in 1955 als directeur van het bedrijf teruggetrokken en was in 1960 met pensioen gegaan. In het jaar van zijn overlijden waren er meer dan dertig producenten van elektromechanische en elektronische orgels. Zijn bedrijf kwam na enige wederwaardigheden in handen van de auto– en motorfabriek Suzuki die vandaag binnen de Hammond Suzuki Company nog altijd het werk van Laurens Hammond voortzet.

(Het Hammondorgel is geen echt orgel omdat de pijpen ontbreken en de klank niet door luchtbeweging ontstaat. Het had vooral zijn belang in de amusementswereld).

Vanwaar komen we? (8)

Willem en André, wonen in het Zwaanhof.

Het Zwaanhof is de verbindingsstraat tussen de Kasteeldreef en de Boomgaardstraat. In zijn boek Toponymie van Roeselare vermeldt Désiré Denys dat er vroeger in de omgeving van de straat een oude hoeve stond, ’t Zwaentje genaamd. Het omliggende land werd De Zwaentjes genoemd. De naam komt al in 1638 voor. De hoeve lag onder de heerlijkheid van het Hof van Izegem. Vanwaar de naam ’t Zwaentje kwam, is niet duidelijk. Mogelijk werden er op de hoeve zwanen gekweekt.

In 1962 werd het reeds bestaande ontwerp voor de wegenis– en uitrustingswerken in de wijk tussen de Vijfwegenstraat en de Meenseheirweg goedgekeurd. De werken werden onder het toezicht van de stad uitgevoerd, maar de grondeigenaars stonden in voor de kosten. In 1965 werden de straten met hun uitrusting aan de stad afgestaan door de eigenaars. Dat waren Andreas Vermeire uit Zarren, Prudent Maes uit Oedelem, André Vandevoorde uit Gistel en het echtpaar Jeroom Vandevelde–Demets uit Roeselare. De straten die ze afstonden waren Wallemeers, Boomgaardstraat, Bergmolenstraat, Zwaanhof en Kasteeldreef.

De achtertuinen van Willem en André palen aan het speelplein "Wallemeers". Naast een voetbal– en tennisveld is er ook een kinderspeelplein en een ontmoetingscentrum, het "Wallehuis". De bewoners van het Zwaanhof en de Kasteeldreef kunnen ’s zomers ook "genieten" van een volkse traditie in hun straat: de vinkensport.

Portretgalerij (23)

Valentin Rathgeber (1682–1750)

Met Pasen zingen we de Missa Suavis est Dominus van Valentin Rathgeber.

De op 3 april 1682 in Fulda geboren Duitse componist, organist en koordirigent ontving zijn eerste muzieklessen van zijn vader. In het begin van de 18de eeuw studeerde hij theologie aan de universiteit van Würzburg. Hij gaf er ook les en was er organist. In 1707 werd hij organist in het klooster van Banz. Hij trad daar enige tijd later toe tot de orde van de benedictijnen. In 1711 werd hij tot priester gewijd.

Hij verzocht vader–abt een studiereis te mogen maken. Zijn verzoek werd afgewezen, maar in 1729 vertrok hij toch. Het was zijn bedoeling informatie te verzamelen over de liturgische gebruiken in de katholieke regio’s van Duitsland en ook over wereldse vocale muziek. Hij verbleef in Würzburg, Mainz, Bonn, Keulen, Trier en Stuttgart, meestal in benedictijnerkloosters. Negen jaar later kwam hij terug naar Banz. Hij moest er opnieuw zijn geloften afleggen vooraleer hij in zijn oude functies werd hersteld.

In de jaren 1720 en ’30 was Rathgeber een heel belangrijk en productief componist van kerkmuziek. Deze muziek schreef hij vooral voor kerken die het zich niet konden veroorloven beroepszangers en professionele muzikanten aan te trekken. Aangezien zijn muziek zeer melodieus en technisch niet zo veeleisend was, waren zijn werken heel populair, vooral in het zuiden van Duitsland.

Alhoewel hij nog altijd koorleider was in Banz, schreef hij na 1738 geen kerkmuziek meer. Hij wijdde zich volledig aan de reeds vroeger begonnen verzameling van populaire liederen, zowel voor solo, duet of koor geschreven, sommige met instrumentale begeleiding. Het is vooral door dat werk, het Augsburger Tafel–Confect, dat zijn naam bekend is gebleven.

Pas in de laatste 25 jaren werden zijn missen, zoals onze Missa Suavis est Dominus herontdekt.

Varia

In memoriam

Met grote droefheid vernamen wij het overlijden, op 27 januari 2009, van Noëlla Sercu, echtgenote van Jan Devlieger en moeder van Carine (koorlid). Zij was 70 jaar en had 8 kinderen en 26 kleinkinderen.

Wij zullen haar blijven herinneren als een trouw koorlid.
Zij was sedert 1973 onafgebroken actief lid van onze vereniging en ook na haar spijtig ongeval was ze in haar hart elke maandag bij ons.

Het bestuur en de leden van het koor bieden haar familie hun diepgemeende deelneming aan bij haar overlijden.

Ons mannenkoor hielp de uitvaartplechtigheid verzorgen in de Sint–Jan–de–Doperkerk te Kachtem.

Proficiat

Nicole mocht zich op 15 december 2009 verheugen in de geboorte van haar eerste kleinkind Remi, zoontje van Tom Goderis en Ann Vincent.

Wederoproeping (23 januari 2009)

In het barslechte weer van vrijdag 23 januari kwamen uit alle windstreken de weder opgeroepen veteranen van het 2de Ardennenoffensief binnengestrompeld in de kantine van kazerne De Ruiter. Ze hadden weer en wind getrotseerd, even moedig als hun dappere voorvaderen aan het westelijk front tijdens de Eerste Wereldoorlog.

Sectie A van ons peloton had gezorgd voor de ravitaillering om de uitgeputte troepen een stevige maaltijd te bezorgen. Maar de organisatoren waren helemaal in de ban van de huidige economische malaise. Ze waanden zich zelfs weer in de crisisjaren ’30. In hun vooroorlogse plunje met een hagelwitte voorschoot dienden ze het sobere maal op. De diensters werden bijgestaan door twee boerenknechten op klabetterende kloefen. Crisis, dus armoe troef. De tafels waren bedekt met schamel gazettenpapier, "kerremelkstovers" als hoofdgerecht, daarbij armemensendrank, zoals water en tafelbier. Gelukkig kregen we op ons omgekeerd bord nog een vanillepuddinkje als nagerecht. Sobere kost, maar zeer smakelijk!

De teletijdmachine van onze bevelhebber bracht ons probleemloos naar de amusementswereld van de 21ste eeuw. Karaoke optredens werden afgewisseld met zenuwtergende quizvragen. Een verbeten strijd werd geleverd tussen de mannelijke en de vrouwelijke soldaten. De beter getrainde mannen wonnen deze ludieke veldslag.

Na deze geslaagde oefening kreeg iedereen een trofee aangeboden en mochten de weder opgeroepen manschappen beschikken.

Top secret

De braintrust van het hoofdkwartier bereidt in het grootste geheim een 3de Ardennenoffensief voor. Niet voortvertellen, maar hou je klaar voor de aanval, gepland voor 2010!

Onze vlag

Op het laatste Sint–Ceciliafeest verraste de dirigent ons met de voorstelling van onze nieuwe vlag. Tijdens de eucharistieviering t.g.v. het Sint–Amandsfeest, op 15 februari 2009, heeft pastoor Herreman deze vlag gewijd.
We feliciteren onze vlagmeter: mevrouw Christiane Mulliez–Vanagt.

Korte beschrijving van de vlag:

Bordeaux en wit zijn de hoofdkleuren.
Op de bordeauxkleurige achtergrond vertrekt aan de kant van de vlaggenstok, in de bovenste helft, een witte notenbalk met solsleutel.
Aan de rechterkant onderaan staat de tekst VOCAAL ENSEMBLE ROESELARE

Daaronder staat het stadswapen van Roeselare (“een zwart dubbelkruis op zilveren veld”) en de vlag van West–Vlaanderen (goudgeel, blauw en rood). Op de witte buitenrand staat in bordeauxkleurige letters, van onder naar boven SANCTI CORDIS.

Activiteitenkalender

  • Palmzondag, 5 april 2009, om 11.15 uur in de Sint–Amandskerk.
  • Witte Donderdag, 9 april 2009, om 19.00 uur in de Sint–Amandskerk.
  • Goede Vrijdag, 10 april 2009, om 19.00 uur in de Sint–Amandskerk.
  • Paaszaterdag, 11 april 2009, om 14.30 uur in Ter Dreve
  • en Paaswake, om 20.00 uur in de Sint–Amandskerk.
  • Pasen, 12 april 2009, om 11.15 uur in de Sint–Amandskerk.

Terug